Deze zomerse achter d’oechelen - wandeling zit vol contrasten. We vertrekken van een oeroude site, maar onze tocht brengt ons langs en door de werf van één van de paradepaardjes van de nieuwe technologieën: de TGV. Een groter contrast is nauwelijks denkbaar. Zal alles langs deze wandeling er dan binnenkort anders uitzien? Het park zelf wordt bedreigd door de plannen om het voormalige VRT- orkest in de Tiendenschuur en het voormalige VRT- koor in de Norbertijnenpoort onderdak te geven. Voorts zou de oude molen een restaurant worden. Dat kan niet zonder gevolg blijven voor de site, zeggen de “Vrienden van de abdij van 't Park”. Zal het neerhof niet verworden tot een ordinaire parking? Zal een harde restauratie de charme niet wegnemen? De doortocht van de TGV dan. Wordt het een spoor van vernieling of van vernieuwing? De plannen laten het laatste vermoeden. En het kan niet op. Langs deze 10 km lange wandeling begint Aquafin aan de collector die de Molenbeek moet saneren. De vissen in de abdijvijvers zullen alvast tevreden zijn. U merkt het, heel wat te zien en te beleven langs deze wandeling. We hebben ons best gedaan om de voornaamste informatie in deze ADO te wurmen. Maar om alle wetenswaardigheden te vermelden -over de Parkabdij alleen al kan je een boek schrijven- ontbreekt ons natuurlijk de plaats. Voor u de wandeling begint, leest u best eens de voetnoten achteraan de routebeschrijving. Veel wandelgenot!

Voor een kaartje van de route , de doortocht van de TGV en een plattegrond van de abdij verwijzen we u naar de gedrukte versie van ado 102. Dat kan je vinden in de provinciale bibliotheek in Leuven of de gemeentelijke bibliotheek in Haasrode

van versteende stilte tot flitsend staal

wandeling1.jpg (6304 bytes)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Abdij van 't Park

wandeling2.jpg (9478 bytes)

   De beschrijving van de wandeling begint aan de abdij van Park. Hoe u daar geraakt? …met de fiets natuurlijk. Heeft u het nieuwe fietspad aan het station van Heverlee naar de Geldenaaksebaan al geprobeerd? Of neem de route eens die u bij ons artikel over de Duivenstraat vindt. De abdij van Park kwam tot stand in 1129. Uit de geschiedenis van Leuven weten we dat Godfried met de Baard, graaf van Leuven, van wie de afstammelingen hertogen van Brabant zouden worden, een park met een warande voor wilde dieren had laten aanleggen in het Vinkenbos gelegen tussen de latere Parkpoort en Tiense Poort. Dit domein schonk hij in 1128 aan de Norbertijnen van Laon om zo een abdij dicht bij de stad Leuven te stichten. De orde kende trouwens een grote bloei in Brabant. Naast het convent van 't park kwam er nog een convent in Heylissem, Grimbergen, Tongerlo, Averbode en Dielegem. Wegens hun missiefunctie noemde men de Norbertijnen reguliere kanunniken, en dus niet monniken. Hun witte kledij verzinnebeeldt de armoede. Daarom spreekt men ook wel eens van witheren. Naast de kanunniken die de H. Schrift bestudeerden waren er ook lekenbroeders of conversen. Ze legden ook geloften af. Zij verrichtten handenarbeid in de abdij of op de afhankelijke hoeven. De kanunniken kregen spoedig grote bezittingen, vooral door schenkingen. De abdij kwam in het bezit van een 20 tal pachthoven, o.a. de Rooikapelhoeve in Blanden. Verder bezaten ze meer dan 350 ha land, wijngaarden, molens, steengroeven en, belangrijk in tijden van oorlog, toevluchtshuizen in de stad. 
De abdijkerk werd opgericht van 1280 tot 1297. Alhoewel verschillende malen geplunderd, is de abdij nooit echt verwoest geweest. Wel zijn de kloosterlingen verschillende keren moeten vluchten. In 1797, toen 350 kloosterorden afgeschaft werden, werd de abdij openbaar verkocht. Een abt kon de abdij kopen. Ook onder Napoleon moesten de inmiddels teruggekeerde kanunniken vluchten. Pas in 1831, toen de vrijheid van vereniging in de grondwet werd opgenomen, keerde de rust voorgoed weer. In een notendop beschrijven we wat u zoal te zien krijgt. Maar de geïnteresseerden raden we zeker de zopas veschenen brochure aan over deze abdij (*) Bij het binnenkomen passeren we de monumentale leeuwenpoort  uit de 17de eeuw. Destijds hing er een zware ijzeren poort aan die in tijden van oorlog werd afgesloten. Door de dreef wandelen we nu naar de Mariapoort . Rechts van ons kabbelt de Molenbeek, die we op onze wandeling nog meermaals gaan ontmoeten. Deze beek voedt ook de keten van 4 vijvers . Deze vijvers voorzagen de kanunniken tijdens de vele vastendagen van verse vis. Later verhuurde de abdij de vijvers aan viskwekers. Nu is dit gebied één van de voornaamste winningsgebieden voor drinkwater (12)van het Leuvense. De Mariapoort had vroeger een ophaalbrug over een nu verdwenen arm van de Molenbeek. Rechts bemerken we het molenhuis met watermolen uit het begin van de 16de eeuw. Via de St.- Janspoort ook wel armenpoort genoemd vanwege de wekelijkse brood- en visbedeling aan de armen, komen we op het monumentale neerhof.  Beginnend aan de St.- Janspoort bemerken we achtereenvolgens koets- en rijpaardenstallen; die van de abt waren gescheiden van de andere. Dan volgt in het midden het open wagenhuis. Verderop nog een paardenstal voor werkpaarden en een woning, die in vroegere tijden de schaapskooi was. Daarnaast de poort die uitkomt op de moestuin. Boven de derde paardenstal, in het trapdakvenster, was er een voor de pachthoven van die tijd traditioneel ‘duyfhuys’ of duiventil. Zie de foto op de voorzijde. Naast de lochtingspoort had men eerst de varkensstal en daarnaast de koe-en ossenstal. Daartegenaan de enorme langsschuur, met aan de twee uiteinden een rondboog in- en uitrijpoort en nog een rondboogpoortje in het midden. De huurders van de pachthoven hebben hun grondhuur een hele tijd in graan betaald, later geleidelijkaan in geld. Het graan werd ongedorst in de schuur gestapeld. Men noemde ze daarom ook wel tiendenschuur, want er moest steeds één tiende van de opbrengst afgestaan worden. Als we door het provisorenhuis  wandelen, eertijds de werk-, ontvangst- en woonruimte van de provisor, komen we aan de ingang van het hoofdgebouw met de abdijkerk. Het is niet doenbaar al het moois dat zich in de abdij en de kerk bevindt hier te beschrijven. Maar het is beslist de moeite waard eens een geleid bezoek mee te maken. (*) We keren even op onze stappen terug en verlaten de abdij door de Norbertuspoort .

 

De route

In de verte merken we de gigantische werf van de HST. We bemerken dat het wegje door het weiland afgesloten is. Tijdelijk want deze verbinding met Kessel-Lo wordt aangepast. De steile trap wordt vervangen door een helling in zig-zag. Wij nemen rechts en naderen de “oude” spoorlijn Leuven -Luik. Nu wordt de omvang van de werken pas goed duidelijk. Met de schets en het kaderstukje krijg je zeker een beter zicht op de werken. We steken de werf over en nemen het konijnenpijpje onder de spoorweg. We volgen de Hoegaardsestraat rechts en duiken de Meerdaalboslaan (beter gekend als “de Expressweg”) onderdoor. We slaan rechtsaf, kruisen opnieuw de spoorweg. Dan nemen we onmiddellijk links. Maar voor we dat doen kunnen we even rechtdoor. Aan de merktekens zien we waar de TGV onder de Expressweg zal doorkomen. Aan de overkant merk je nog de resten van een oude vierkantshoeve die pal op het tracé lag en werd afgebroken. Vanop het erf zie je dat tracé goed liggen. De teelaarde is vorig jaar verwijderd en het lint van jong groen slingert zich naar de autostrade. De Hoegaardsestraat en even verder de Herpendaalstraat brengen ons dus tot het “Stenen Kruis” een kruispunt van wegen. In deze buurt woonden vroeger al Romeinen(*). We nemen links de holle weg die naar het St.-Camillusinstituut leidt. Aan de splitsing nemen we links het wegeltje dat ons omheen het instituut leidt en met de spoorlijn naar Luik afbuigt. We volgen het pad langs het spoor tot aan de Bierbeekstraat. Hier nemen we links de spoorweg onderdoor. Nog geen 100 meter verder nemen we opnieuw links de Kortstraat. Deze landweg met weelderig bloeiende bermen waar nu, eind mei, het witte fluitenkruid en de paarse dagkoekoeksbloem de hoofdtonen voeren. We komen uiteindelijk terug aan de Molenbeek. Daarna komen we in de Stichelweg en vlak voor we de Oude baan bereiken, nemen we links de Witteweg. Aan de linkerkant bevindt zich het papiermoleken. Op het einde van de Witteweg wandelen we door een prachtige holle weg en komen vervolgens in de Oaselaan, die we links volgen. Wat verder zien we rechts de Heilige Geesthoeve en vervolgens links het Dalemhof. Op een 100-tal meters van de spoorweg verlaten we de Oaselaan om rechts de Wittehoevelaan te nemen die ons terug op de Hoegaardsestraat brengt. Voor een klein stukje nemen we dezelfde weg terug, maar iets verder nemen we het wegje links de spoorbaan onderdoor. We staan nu temidden de TGV werf. (foto) Op dagen dat er niet gewerkt wordt kunt u langs daar veilig terug naar ons vertrekpunt.

De doortocht van de TGV door Leuven

Wandeling5.jpg (3720 bytes)

   De TGV werken ten zuiden van Leuven zullen afgerond zijn in 2002. Vanuit Luik wordt met een werftrein het TGV tracé van sporen en bovenleiding voorzien. Vanuit Leuven wordt er gewerkt tot aan de tunnel in Bierbeek, waar de TGV langs de E40 in eigen bedding naar Luik zal sporen. Een spoor van vernieling zullen deze werken alvast niet achterlaten: alle onderdoorgangen blijven behouden. Voor de voetgangers en fietsers komt er zelfs een brug bij en de oude voetgangersbrug naar Kessel-Lo wordt fietsvriendelijk gemaakt. Het oude plan om de TGV op een zeer hoog talud langs de abdij te voeren is gelukkig ondertussen verlaten. Het station van Leuven wordt ook een TGV station (perrons va 450 meter) en, zoals weleer, volledig overkapt. Er zal ook een betere overstapmogelijkheid zijn voor treinen vanuit Ottignies naar deze voor Brussel. De oude sporen worden ook verbeterd. De snelheid gaat omhoog van 140 naar 160 km/h. De TGV zelf zal 200 km/h rijden tussen Brussel en Leuven, Leuven binnenrijden tegen 160 en vanaf Bierbeek zal hij dan zijn kruissnelheid van 300 km/h halen. Op dit nieuwe tracé zullen ook heel wat gewone sneltreinen rijden tegen 200 km/h. Nog heel wat werk voor de boeg dus, vertelde de heer Hubin, coördinator van de werken in Leuven ons. Vele werken zijn voor de reiziger trouwens onzichtbaar. Talrijke tijdelijke wissels installeren, de loop van de Molenbeek verleggen, nieuwe onderstations bouwen (de TGV “werkt” op 25.000 volt i.p.v. 3000 volt) , nieuwe signalisatie voorzien (de afstand tussen de treinen wordt afhankelijk van hun snelheid) enzomeer. We geloven hem graag.

 

Merkwaardigheden

 wandeling3.jpg (3898 bytes)

 

wandeling4.jpg (4280 bytes)

   Het Heilige Geesthof

Het is een grote hoeve, door de Abdij van Park opgericht, en vooral bekend door de romaanse kapel (Kapel van Overlo) die gedeeltelijk bewaard bleef. De kapel werd vermeld in de oorkonde van 1258. Zij was toegewijd aan de H.-Drievuldigheid en voorzien van een kerkelijke beneficie. Volgens de wil van de stichter moesten er wekelijks vier missen gelezen worden. In de toren hing een klokje met volgende tekst: “Ik heet Johannes Frans. Mevr. Anna Maria de Dobelberg heeft mij doen gieten. Joh. en Josephus Plumeren hebben mij gegoten.” De derde zondag van september was het feest van de wijding van de kapel, dan werden giften van raapzaad, appelen enzomeer verkocht. In de 17de eeuw werd ze vergroot, zodat de oorspronkelijke kapel dienst deed als koor. De H.- Geesthoeve waarvan de kapel nog steeds deel uit- maakt, behoorde toe aan de grote H.-Geesttafel van Leuven. Op de hoogdagen werd er onder meer brood uitgedeeld aan de armen.

Het Dalemhof.

De oudste teruggevonden eigendomsvermelding van het Dalemhof dateert uit 1533. Het werd toen verkocht met 34 ha land en 3 ha bos aan Jan de Legra die het in 1536 weer verkocht aan het Leuvense Atrechtcollege. Tussen 1726, toen de gebouwen nog in leembouw waren, en 1760 werd de hoeve grondig heropgebouwd. Volgens de kaart van 1762 stond aan de oostkant, tegen het woonbuis, nog een kleiner gebouwtje en was de tuin aan deze zijde deels met een muur omringd. Na 1830, toen de boerderij eigendom was van de Leuvense rentenier Michel-Willem Claes, wijzigde het grondplan van het Dalemhof niet meer. Wel werden er een aantal verbouwingen uitgevoerd die het uitzicht en de functie van de gebouwen grondig wijzigden.

Romeinse Villa

In de onmiddellijke omgeving van Het stenen kruis werden eind 1979, door de heemkundige kring van Bierbeek, de resten van een Romeinse Villa blootgelegd. Het betrof een porticus villa met uitspringende boekvertrekken waarvan de voorgevel naar het zuidoosten was gericht. Dit Romeinse boerenbedrijf was werkzaam in de tweede helft van de 2de eeuw en in de eerste helft van de derde eeuw na C. Een twintigtal meter naar het zuidoosten toe werden later de grondvesten blootgelegd van een badgebouw met hypocaustverwarming. Het best bewaarde vertrek van het hoofdgebouw was de kelder met parament in ijzerzandsteen. De meeste vondsten waaronder een glazen prismafles, een bronzen kandelaartje, een dolium of voorraadpot werden in de kelder aangetroffen.

Het Papiermoleken

Op deze plaats bevond zich eertijds een oude industrievestiging waar achtereenvolgens verschillende nijverheden opgericht werden, o.a. een papier- en kartonfabriek, vanwaar de plaatsnaam ‘het papiermoleken’. De vallei van de Molenbeek die als het ware een afbakening vormt van het woongebied heeft een zeer hoge natuurwaarde. Het is een strook van drassige en bosrijke percelen met weelderige kruidengroei die Lovenjoel over Korbeek-Lo met Heverlee verbindt en zeer diep in het woongebied dringt. De omgeving van het Papiermoleken is een waterwinningsgebied van de Nationale Maatschappij der waterleidingen. In 1956 werd hier voor het laatst een otter waargenomen.

St.- Camillusinstituut.

Vroeger stond er op deze flank van de 70 meter hoge Krijkelberg een grote hoeve. Maar ze werd afgebroken en de Broeders van Liefde bouwden op dezelfde plek in 1932 het Psychiatrisch centrum Sint-Camillus. Een kroniekschrijver uit die tijd heeft het over “het St.- Camillusgesticht, het modernste Gekkenhuis van gansch België.” Er zijn een tiental oude paviljoenen, maar recent werd er sterk uitgebreid. De watertoren bij het hoofdgebouw doet sterk denken aan de toren van de Leuvense universiteitsbibliotheek.

Meer info

Elke zondag om 4 uur kan men bij de prior terecht voor een rondleiding in de abdij van 't Park

Op zondag 27 juni van 10-12 uur is er een natuurwandeling in de buurt van de abdij. Verzamelen aan de ingang van de abdij. Laarzen niet vergeten!

De “Vrienden van de abdij van ‘t Park” organiseren af en toe rondleidingen, ook op aanvraag. Inlichtingen over deze vereniging: Mevr. Van Bragt Ruelensvest 123, Leuven tel 20 70 98

Bij de Leuvense dienst voor Toerisme (stadhuis Leuven) is er een interessante nieuwe brochure verschenen over de abdij. (60 frank)

Een tiental van dergelijke wandel- en fietsroutes in en om Oud-Heverlee hebben wij gebundeld in een gelijknamig boekje. Stort 230 frank op onze rekening en wij sturen u een exemplaar en de bijhorende (uitstekende) kaart toe.